De geschiedenis van de familie Wolters – ‘Mullas’
Voordat de ‘ Woltersen’ neerstreken in Harreveld woonde op de boerderij aan de Kerkstraat Hendrikus Hermanus Dieker.(geb. 08-09-1838) Hij was op 1-3-1867 getrouwd met Christina Borkes (geb. 12-3-1835). Ze kregen een zoon; Johannes Dieker geb. 12-12-1867.
Hermanus Dieker wordt op 6-12-1866 knecht op Huize Harreveld. In eerste instantie woont hij ergens binnen de grachten. Vrij spoedig daarna komt hij op dit adres (Kerkstraat) te wonen omdat de boerderij gebouwd was. Dhr. von Raesfeld heeft het zeer waarschijnlijk laten bouwen. Op 16-10-1868 vertrekt het gezin Dieker naar de Heurne – Dinxperlo. Zij moeten kennelijk plaats maken voor de molenaars Hendrikus en Johannes, Christianus Wolters, die eerst in het molenaarshuis woonden bij de molen.
In 1868 komen Hendrikus geb. 30-05-1815, Johannes Christianus geb. 16-10-1817 en Grada Wolters geb. 23-02-1819 in de boerderij wonen. In eerste instantie zijn alle drie ongehuwd. Omdat Hendrikus de oudste is wordt hij als hoofd aangemerkt. Later in 1875 trouwt Johannes Christianus alsnog op 57 jarige leeftijd met de dertig jaar jongere Willemina Meulenbeek. De Meulenbeeks zijn dan net vanuit de Pol Gendringen in Harreveld komen wonen.
Uit het huwelijk van Johannes Christianus Wolters en Willemina Meulenbeek geb. 17-12-1847 worden 4 kinderen geboren te weten:
- Theodorus, Henricus Wolters (Mullas Dorus), geb. 22-08-1876, overl. 22-06-1951
- Hendrika, Reindina Wolters, geb. 03-01-1879, overl. 25-12-1957
- Gerarda Wolters, geb. 20-12-1880, overl. 29-02-1912
- Johannes Wolters (de Kuster), geb. 28-03-1884, overl. 16-12-1953
Opa Dorus had dus 1 broer en 2 zussen. Voor 1895 was er al een koster in Harreveld nl. Dorus Wolters. In 1897 moest hij in militaire dienst. Zijn 13 jarige broer Jan Wolters nam het kosterschap van hem over en heeft dit vervuld tot 1948.
Op 14 mei 1904 trouwt Dorus met zijn eerste vrouw Antonia Waenink geb. 24-12-1882 overleden op 1-11-1913. Zij kwam van Waenink – Bonekamp uit Mariënvelde. Uit dit eerste huwelijk werden 5 kinderen geboren waarvan er 2 overleden bij de geboorte en 1 overleed toen hij 5 maand oud was. Van de 5 kinderen bleven de 2 meisjes over, Wilhelmina en Hendrika Wolters.
- Levenloze zoon, geb. 24-04-1905, overl. 24-04-1905
- Wilhelmina, Hendrika (Zuster Basilia), geb. 30-06-1906, overl. 12-04-2003
- Levenloos kind, geb. 13-02-1909, overl. 13-02-1909
- Hendrika, Johanna (tante Riek), geb. 14-11-1910. overl. 17-06-1998
- Johannes, Hermanus, geb. 08-12-1912, overl. 21-05-1913. (5 mnd oud)
Uit het tweede huwelijk op 28-09-1914 met Berendina Huitink geb. 15-03-1886 en overl; 29-03-1922 werden de volgende kinderen geboren.
- Anna, Antonia, (tante Anna), geb. 04-06-1915, overl. 24-06-1992
- Grada, Maria (tante Marie), geb. 12-08-1916, overl. 23-03-1990
- Joseph, Johannes (Mullas Joop), geb. 14-03-1918, overl. 25-02-2002
- Johannes, Christianus, geb. 14-02-1920, overl. 08-04-1921 (14 mnd oud)
- Josephina, Hendrika (tante Fiene), geb. 14-03-1922, overl. 31-01-2015.
Tijdens het eerste huwelijk zijn er 3 kinderen gestorven en tijdens het tweede huwelijk nog 1 kind. En daarbij heeft opa Dorus ook nog beide vrouwen op jonge leeftijd (31 en 36) moeten missen. Toen de tweede moeder stierf was Wilhelmina (Zr Basilia) als oudste dochter 15 jaar oud. Ze wilde wel graag het klooster in maar dat kon niet omdat zij voor het huishouden moest zorgen. Pas toen ze 25 jaar oud was kon ze haar intrede doen bij de congregatie van de Dominicanessen.
Mullas Dorus was een grote robuuste man met handen als kolenschoppen. Sommige schoolgaande kinderen waren bang voor hem en liepen graag een straatje om. Toch had hij een groot en goed hart. Als het donker was ging hij naar mensen die het minder hadden en bracht daar groente en fruit dat hij bij de boeren ophaalde die genoeg hadden. Eigenlijk was dat al het begin van de voedselbank. Ook zat hij jarenlang in het bestuur van de Caritas van Harreveld.
In zijn jeugdjaren leerde Joop Wolters Maria, Berendina Kampshof uit Zieuwent kennen. Hij heeft er 2 x verkering mee gehad. Eerst rond zijn 20ste en later rond zijn 30ste. Aan het einde van de tweede verkeringstijd heeft Joop Marie ten huwelijk gevraagd. Toeval bij het trouwen voor de wet was dat ze in het geboorteregister boven elkaar geschreven stonden. Moeder is op 12-3-1918 geboren en Vader op 14-3-1918. Op de dertiende was er niemand geboren in de Gemeente Lichtenvoorde. Zo trouwden ze op 5 januari 1949. Het was een dag met hindernissen zei Marie. Haar hoedje met tule hing ’s morgens om half 9 al in de appelboom. Gauw weer naar huis om kapsel en hoedje opnieuw in orde te maken. Ze kwamen nog wel op tijd in de kerk. Toen ze met z’n allen wilden eten bij Toebesboer viel het licht uit zodat ze met kaarsen aan verder konden eten. Ma vond het jammer dat door de stroomstoring de vrouwen haar uitzet niet zo goed konden bekijken, dit was gebruikelijk in die tijd.
Pa had de boerderij van opa en werkte ook op de bond (ABTB). Joop had tegen Marie gezegd dat hij graag wilde leren voor zaakvoerder zodat, als ze kinderen zouden krijgen, die allemaal kunnen studeren en het beroep kunnen kiezen wat ze graag willen. Voor die studie moest hij naar Zupthen, dan ging hij vanaf Harreveld met de fiets naar Ruurlo en daarna met de trein naar Zupthen. Hij stond ’s ochtends om 6 uur op om de 3 koeien te gaan melken, dan om 8 uur naar de Bond, ’s avonds weer melken en daarna studeren. Opa Dorus en tante Anna woonden ook bij ons in huis op de oude boerderij.
Op 2 december 1949 werd Theo geboren. Opa Dorus was stapelgek op dat kleine menneke met spierwitte haartjes. Theo is vernoemd naar opa (Theo-Dorus) Toen Theo anderhalf jaar oud was werd hij heel erg ziek. Iedereen dacht, ook de artsen, dat hij dood zou gaan. Hij heeft 3 maanden in het ziekenhuis van Lichtenvoorde gelegen. Uiteindelijk is hij geopereerd, 1 nier werd weggehaald en hij werd weer beter. Opa Dorus kon dit allemaal niet verwerken en kreeg een beroerte, hij overleed 14 dagen later. Henny het tweede kindje was toen een baby van 6 maanden. Zo kreeg moeder elk jaar een baby. Ze heeft altijd erg van kleine kinderen gehouden en kon er dan ook erg van genieten.
Uit het huwelijk van Joop en Marie zijn 9 kinderen geboren:
- Theodorus, Henricus, Gerardus, geb: 02-12-1949
- Henrika, Gerarda, Maria, geb, 17-12-1950
- Gerardus, Antonius, Maria, geb: 19-01-1952
- Maria, Johanna, Agatha, geb: 08-04-1954 overl. 03-05-1977 (23 jaar oud)
- Agnes, Maria, Josephina, geb: 23-07-1955
- Jozef, Johannes, Wilhelmus, geb: 21-01-1957
- Aloysius, Theodorus, Maria, geb: 22-08-1958 overl. 18-05-2017 (58 jaar oud)
- Henricus, Franciscus, Maria, geb: 06-02-1960
- Ronaldus, Antonius, Maria, geb: 22-05-1962.
Met een groot gezin was er altijd werk. Het was ook hard werken en geen tijd om te prakkezeren. Moeder naaide de kleding voor de kinderen zoveel mogelijk zelf. Dat deed ze vaak samen met tante Marie. Om 10 uur ’s avonds werd er na het naaiwerk dan nog een eitje gebakken. Als Pa vrij was maakte hij de leukste dingen voor ons: schommels en wip-wappen en kocht ook een oud volkswagenbusje, zonder wielen, als speelgoed voor ons achter het huis. Ook maakte pa een zwembad van inkuilzeil, ’s avonds was het alweer lek. De hele buurt, en dat waren veel kinderen, speelden bij ons achter het huis. Daar was plek genoeg. Tante Anna heeft tot haar opname in ‘Pronsweide’ te Winterswijk altijd als een gezinslid bij ons gewoond. Zij hoorde er helemaal bij.
Zo zaten wij vaak met 10 personen aan de eettafel in de keuken en 2 eerst met de benen in de aanrechtkast aan het aanrecht en later aan een klein tafeltje onder de radio. Onze moeder kon lekker en smakelijk koken en was gastvrij. En als er vriendjes kwamen konden die ook zo mee-eten. Vooral als er pannenkoeken gebakken werden. Dat deed moeder iedere werkdag behalve op vrijdag. Dan kregen we gebakken ei, i.v.m. de wekelijkse vastendag. Familie stond bij pa hoog in het vaandel. In de oorlog is hij met gevaar voor eigen leven naar Arnhem gereisd, om zijn oudste zus (Zuster Basilia) te ontmoeten.
Onze vader is tot zijn pensionering zaakvoerder van de ABTB in Harreveld geweest. Onder zijn leiding is aan de Lindeboomweg een nieuw bedrijfsgebouw gezet. De oude bond stond aan de Varsseveldseweg. In de loop der jaren is er steeds opnieuw gemoderniseerd om zo met de tijd mee te gaan. In de zeventig en tachtiger jaren toen veel coöperaties het loodje legden, wist Joop Wolters het samen met zijn medewerkers en de boeren (de aandeelhouders) in Harreveld draaiende te houden.
Voor de Harreveldse gemeenschap was hij op vele terreinen actief. Medebestuurder van de plaatselijke Rabobank, het Wit/Gele Kruis, het Dorpshuis, Kerkbestuur en Caritas. Ook was hij 40 jaar koorzanger. Voor al deze verdiensten kreeg hij een koninklijke onderscheiding en de pauselijke onderscheiding Pro Exclesia voor zijn inzet voor kerk en samenleving. Ook viel het ‘Kruukske van verdienste’ hem ten deel. Maar bij al deze lof betrok vader altijd onze moeder. Zonder haar steun had hij dit bijzondere werk niet kunnen doen. Joop Wolters is op 25-02-2002 overleden. Moeder woonde toen alleen in het grote huis aan de Kerkstraat 45. Wij, de kinderen, waren vertrokken en hadden allemaal een eigen gezin gesticht. Moeder heeft tot haar 91ste (21-08-2009 in) ons ouderhuis gewoond. Dat was mede mogelijk door de hulp van de naaste buren. Toen was er plek voor haar in het zorgcentrum Antoniushove te Lichtenvoorde. Daar heeft ze tot aan haar dood op 30-11-2016 tot volle tevredenheid gewoond. Wij kinderen zijn blij dat we in een hecht gezin zijn opgegroeid met ouders die alles voor ons over hadden. Daar zijn we dankbaar voor.
Harreveld, maart 2021
Bewoningsgeschiedenis van Möllas.
Hoe moet ik het overzicht lezen? Deze bewoningsgeschiedenis is het resultaat van noeste en volhardende arbeid van Anton Stortelder. Om het overzicht goed te kunnen lezen is het verstandig om de inleiding van zijn boek ‘Bewoningsgeschiedenissen van boerderijen in Harreveld’ door te nemen welke u ook op deze site vindt.