Spring naar inhoud

‘De Moezenbulte’

Ten Have ‘De Moezenbulte’ in de Heide

Mij is een tijd geleden gevraagd door OKV Harvelt, om een stukje geschiedenis te schrijven over de familie ten Have, maar voor Harrevelders misschien beter bekend als ‘de Moezenbulte uut de Heide’. Mijn naam is Thea ten Have-Krabben (Reinas) en heb jaren samen met mijn man Herman (van de Moezenbulte) gewoond op deze prachtige plek.

Terug in de tijd:

De opa van mijn man, Hent ten Have (geb. 20-10-1861/overleden 15-4-1933)  kwam van oorsprong uit Silvolde. Hij trouwde op 5-5-1887 met Maria Nijenhuis uit Ruurlo (geboren 26-10-1859/overleden 9-6-1904). Tussen de geboorte van hun eerste kind en van de tweede op komst, zijn ze in Harreveld gaan wonen. Hun eerste woning werd verhuurd door de kerk, deze stond aan de Kerkstraat, net buiten de bebouwde kom, richting Zieuwent aan de kant van de Horizon. Later is hier Toon ten Have (Ooimans Tone) gaan boeren en weer later Fons ten Have (Ooimans Fons).

Uit dit huwelijk zijn 9 kinderen geboren:

  • Hendrika ten Have (geb. 9-4-1889/overleden 22-2-1931)
  • Antonius ten Have (geb. 24-12-1890/overleden 18-1-1965)
  • Johannes ten Have (geb. 31-7-1892/overleden 8-7-1965)
  • Bernardus ten Have (geb. 17-1-1894/overleden 8-1-1966)
  • Wilhelmus ten Have (geb. 13-4-1896/overleden 23-6-1972)
  • Hendrikus ten Have (geb. 2-5-1897/overleden 6-2-1981)
  • Johanna ten Have (geb. 7-11-1898/overleden 30-3-1899)
  • Johanna ten Have (geb. 7-1-1902/overleden 18-10-1963)
  • Herman ten Have (geb. 5-3-1904/overleden 14-9-1994)

Na het overlijden van zijn vrouw Maria, is Hent op 7-1-1905 weer getrouwd met Johanna Schutten en werd een zoon Gert ten Have geboren op 31-10-1905 (overleden 27-8-1977).

In 1913 hebben Hent en Maria het ‘eigenlijke ouderhuis’ gebouwd aan de Kerkstraat 64 waar later hun zoon Jan is gaan boeren, zijn dochter Marie ten Have is later getrouwd met mijn broer Willem Krabben (Reinas Willem)  en hebben samen de boerderij voortgezet.

Mijn schoonvader Hendrik wilde ook graag een boerenbedrijf(je) starten en kocht rond 1920 een stuk grond in de Heide en wel de Moezenbulte. Met veel hulp van familie en buren werd de plek ontgonnen. Dit gebeurde met de hand, houten kruiwagen en paard en wagen, dat was een behoorlijke opdracht. Hoe kwamen ze aan de naam ‘de Moezenbulte’? Toen ze met de grond aan het bewerken waren, kwamen ze erachter dat er zich veel muizen schuil hielden op die bult. De landerijen daaromheen gelegen, lagen een stuk lager en waren in periodes van veel regen en neerslag behoorlijk drassig.  In die dagen wisten ze al wel dat wonen in een droog huis, een positief effect had op de gezondheid van mens en dier, dus als muizen bij veel regen zich veilig konden stellen in die bult, dan was dat voor mensen niet anders. Vandaar dat op de Moezenbulte hun boerderij werd gebouwd. Een woonhuis met een deel koeienstal waar ongeveer 7 of 8 koeien konden staan. Voor die tijd was dat al behoorlijk groot. Daaromheen stond een paardenstal, karloods, varkensschuur en kippenhok.

Boerderij ‘de Moezenbulte’ bouwjaar 1924

Op het land werd o.a. gras, aardappelen, rogge en haver verbouwd. Mais werd toentertijd niet ingekuild, maar de kolven werden gevoerd aan de kippen. Bieten voor de koeien en niet te vergeten knollen, die werden geplukt in de maanden oktober/november. Wat ik me kan herinneren van de tijd is, dat het dan vaak al erg koud was en de knollen bedekt lagen onder een laag sneeuw en/of ijzel, geen pretje dus om te helpen met dit karwei. Mijn schoonvader Hendrik, trouwde op 22-4-1925 met Johanna Hulshof (bijnaam: Woltas) geboren: 17-5-1897/overleden 20-3-1963.

Hendrik en Johanna ten Have-Hulshof

Hun huwelijk werd bekroond met 7 kinderen.

  • Bernard ten Have (geb. 20-1-1926/overleden: 3-12-1945), hij overleed veel te jong aan tyfus. Deze besmettelijke ziekte heeft hij opgelopen, op het internaat doordat hij daar dagelijks het voedsel dat overbleef van de patiënten ophaalde die in de oorlog op het internaat verpleegd werden. Dit eten werd op de boerderij weer aan de varkens gevoerd, niets werd weggegooid in die tijd, er was armoede. 
  • Marie Hofland-ten Have (geb. 20-8-1927/overleden:22-4-1987), gehuwd met Maarten Hofland, woonde en werkte bij de Bijenkorf in Den Haag.
  • Antoon ten Have (geb. 2-5-1920/overleden: 22-3-2008), gehuwd met Liene Harbers (bijnaam: Platvoot) Antoon werkte bij slagerij Hulshof in Lichtenvoorde. Tevens huisslachter.
  • Josephus ten Have (geb. 18-12-1928/overleden: 20-1-1936), veel te jong overleden aan de ziekte Leukemie.
  • Jan ten Have (geb. 29-9-1932/overleden: 12-4-2013), gehuwd met Marie Rietberg (bijnaam: Schurink). Jan was werkzaam als accountant bij Coveco (later VION) in Borculo.
  • Herman ten Have (geb. 5-3-1934/overleden: 19-5-2015), gehuwd met Thea Krabben (bijnaam: Reinas) boer op de Moezenbulte.
  • Fiene Schutten-ten Have (geb. 30-7-1936/overleden: 12-1-2021), gehuwd met Bennie Schutten (Henassen), woonde en werkte op de boerderij aan de Rect. Hulshofstraat.
Staand vlnr: Jan – Herman
Zittend vlnr: Marie – Fiene – Antoon

JAREN 1930-1950:

Het waren moeilijke jaren, niet alleen op de boerderij van de Moezenbulte, maar voor iedereen. De kinderen van mijn schoonouders werden voor de oorlog geboren, voedsel was er wel op de boerderij, maar er werd niets verdiend, dus heerste een armoedig bestaan. De oudste kinderen werden als knecht verhuurd, vader Hendrik ging naast het werk op de boerderij, voor Giezen bakker in Zieuwent brood venten en de jongste kinderen uit het gezin konden hun handen uit de mouwen steken op de boerderij, daar was immers genoeg werk te doen. Begin jaren ’50 nam Herman geleidelijk meer werk op de boerderij uit handen van zijn vader, met de intentie in de periode die volgde de boerderij over te nemen. De tijd die naast het werk op de boerderij overbleef, werkte Herman bij de ABTB (de bond), eerst aan de Varsseveldseweg, later aan de Lindeboomweg, voor wat extra bijverdienste.

JAREN ’60:

In de begin jaren ’60 heeft Herman de boerderij overgenomen en werd het bedrijf voor die tijd al behoorlijk uitgebreid naar 14 koeien en jongveestalling. In 1964 zijn wij getrouwd en werkte ik mee op de boerderij, toen in 1966 Alex werd geboren en in 1971 Nicol, had ik naast het gezin, ook de zorg voor mijn schoonvader die bij ons in huis woonde. Zoals al eerder in mijn verhaal verteld, was de boerderij op ‘n bult gelegen, maar de grond daaromheen waarop de koeien liepen en de gewassen werden verbouwd, was laag en drassig. Waar ik bij mijn ouderlijk huis (Reinas) op klompen buiten het werk kon doen, had je op de Moezenbulte laarzen nodig. Ik kan ik me nog goed herinneren dat er een zandweg liep van de Heideweg tot aan de Schuurinkweg maar bij wat neerslag was de weg ook erg drassig. Aan dit pad hadden verschillende boeren uit Harreveld een stukje grond liggen en ik vind het de moeite waard ze toch even te benoemen. Schutten (Henassen), Sassen-Krabbenborg (Schutterije), Kampshof (Weggelas), te Molder (Schutten Hamstriene), Nieuwhoff (Knippat), Gierkink (Plattens), ten Have (Reinder) en Wopereis (Kronenborg). Als je nu de uitgestrekte weilanden ziet, waren dat vroeger maar postzegeltjes aan grond wat elke boer bezat.

Enkele hectares grond lagen van ons aan het bospad van het Geeskes-Mienekes bos. In het bospad zaten ook altijd diepe gaten en moddersporen en was het een hele klus om na het melken van de koeien met de gevulde melkbussen in de handkar, zwoegend en trekkend er doorheen te komen richting huis. In 1967 kochten we onze eerste auto, een Renault 4 en dan te bedenken dat een trekker toen nog niet op de boerderij aanwezig was. We reden met deze auto door de drassige bospaden om te gaan melken, alleen de bestuurders- en bijrijdersstoel zaten er nog in, daarachter was een soort bak gemaakt waarin de melkbussen en twee melkstellen precies in pasten en dus ook niet om konden vallen. Wanneer er onverhoopt een koe had gekalfd en het kalfje mee moest worden genomen naar de boerderij, nam ik die bij mij voor op schoot in de Renault 4.

In die jaren was het prettig boeren, van het geld dat we verdienden kochten we grond en werd een varkensschuur uitgebreid van 50  naar 100 vleesvarkens. Het boeren was wel arbeidsintensief, alle werk moest met de hand worden verzet. Het meel en de vele emmers water werden met de hand naar de voerzompen van de varkens gebracht. De waterleiding met drinknippels in de voerzompen van de varkens was jaren later 1975, dan ook een hele vooruitgang.

JAREN ’70: 

In 1970 kwam de ruilverkaveling, we kochten grond bij en ruilden grond uit, met die insteek dat de grond voor elke boer wat dichter om de boerderij kwam te liggen én werd onze eerste trekker gekocht! In 1971 werd de loopstal gebouwd en uitgebreid met 30 ligboxen en een melkstal gebouwd waarbij eerst twee en korte tijd later zelfs vier koeien tegelijk gemolken konden worden. Buiten in de wei melken was vanaf toen voorgoed verleden tijd. Ook het aantal varkens groeide naar ongeveer 250 stuks.

De boerderij die was gebouwd in 1924, was behoorlijk verouderd en daarom besloten Herman en ik in 1976 een nieuw woonhuis te bouwen. Het was een ontzettend droog jaar en kwamen we zelfs na het graven van een behoorlijk diepe kelder geen grondwater tegen. Op 12 februari 1977 zijn we in het huis gaan wonen die nu nog steeds wordt bewoond door Alex en Jolanda en hun kinderen. De oude boerderij uit 1924 doet nu nog steeds dienst, hier wordt een gedeelte van het jongvee gestald.

De Moezenbulte deed in 1978 nogmaals zijn naam letterlijk eer aan. Toon ten Have (Reinder ziene Tone) had rogge gezaaid en wilde de rogge graag laten drogen om daarna nog eenmaal met een oude dorsmachine te kunnen dorsen. De rogge werd in deze tussenperiode bij ons op zolder ‘op de balken’ van de boerderij gepakt. Echter toen de tijd van het dorsen aankwam en de rogge van het zolder werd gehaald, kwamen er ook honderden muizen mee, die zich tegoed hadden gedaan aan het zaad, maar ook aan vermenigvuldigen!! Ze vielen door de balken van het zolder en vonden allen hun eigen weg, ook in onze net nieuw gebouwde woning. Overal waren de muizen te vinden, in de keukenla, een pak havermout, je zeg ze wandelen over de gordijnreling en ze hielden zich zelfs staande op de voeg van de schoonmetselwerkmuur! Verwonderlijk om te zien, maar alles behalve fijn!!

Dorsen op ‘de Moezebulte’

JAREN ’80 TOT HEDEN: 

Diverse investeringen werden ook in de jaren 80 nog gedaan, waaronder nogmaals een uitbreiding van de loopstal en vergroten van de melkstal waarbij i.p.v. 4 nu 8 koeien gelijktijdig konden worden gemolken. Door de aankoop van een loods kon het aantal varkens groeien van 250 naar 425 stuks. Toen halverwege de jaren 80 onze zoon Alex aangaf interesse te hebben om ‘de Moezenbulte’ over te nemen, was dat voor Herman en mij reden genoeg hierin zoveel mogelijk te ondersteunen. In de jaren daaropvolgend werd steeds nog een lichte groei doorgemaakt. Door invoering van de melkquotering en later de welzijn- en milieu eisen ging de groei niet meer zo voorspoedig als waar destijds op was gehoopt. De stal werd in 2009 nogmaals vergroot en ook de melkstal verdubbelde naar 16 plaatsen in 2014, door milieu eisen werd de varkenstak in 2020 beëindigd, zodat er nu 65 koeien en een kleine tak jongvee op de boerderij is.

De Moezenbulte 2020

Terugkijkend op de geschiedenis van ‘de Moezenbulte’ voel ik trots en ben ik een rijk en gelukkig mens!

Hartelijke groet, Thea ten Have-Krabben

Gepubliceerd inArchief
Oudheidkundige vereniging Harvelt 2022