Spring naar inhoud

Maand: februari 2020

Aagteman van ’t Zand

Het huis waar ik geboren ben, stond dicht bij het pad dat naar het huis en kippenbedrijf van Schotman loopt, dat ligt aan de Twenteroute tussen Lichtenvoorde en Harreveld. Mijn vader Jan Wopereis van Aagteman van Harreveld kocht dit huis met schaapskooi van Weenink van het Garstenveld bij Groenlo. Deze had het daarvoor gekocht van de paters Franciscanen van Huize Harreveld. De schaapskooi diende voor de overnachting van de schapen en in het huisje sliep de herder.

Jan – mijn vader-  trouwde in 1914 met Johanna Gierkink. Hij was behalve boer ook gemeente-arbeider. Op gezette tijden, meestal ’s morgens vroeg en ’s avonds laat voor het donker werd, moest hij op de weg naar Varsseveld de ‘blokken’ verleggen. Karren en wagens maakten namelijk met hun wielen diepe sporen in de grindweg. Om dat te voorkomen, ging men op die karresporen afwisselend  links en rechts houten balken leggen. De voerman werd zo gedwongen telkens een ander spoor te nemen. Zo ontstond er minder slijtage aan de grindweg en werden de sporen minder diep. ’s Nachts werden die blokken in de berm van de weg geschoven. Bij het aanbreken van het automobieltijdperk werd dat echter steeds lastiger en gevaarlijker. Toch gebeurde dat ‘blokken’ nog tot 1925.

Op genoemde boerderij ‘Op ’t Zand’ woonde ook een broer van mijn vader  nl. ome Antoon. Hij bleef ongehuwd en was een tijdlang kerkmeester van de parochie Harreveld.

In 1952 nam Gert, de zoon van Jan de boerderij over. Gert verhaalt hoe het binnenrijden van de oogst in het kleine achterhuis speciale stuurmanskunst van de voerman vereiste. Met het paard van Brander Herman werd bijvoorbeeld een voer hooi of rogge gehaald. Om niet halverwege de ‘neendeuren’ met het voer hooi te blijven steken, moet het paard met enige spoed naar binnen geleid worden. Eenmaal op de deel gekomen moest het daar weer snel afgeremd worden, om te voorkomen dat de boom van het inspan door de ruit zou gaan naast de keukendeur. Het paard werd vervolgens uitgespannen en kon niet anders dan door de keuken en via de voordeur weer naar buiten. Daarbij moest Gert terdege opletten dat het paard zichzelf niet in de spiegel zag want anders zou het dier kunnen schrikken en brokken maken.

In 1964 verliet Gert het oude huis en bouwde een nieuw in de onmiddelike nabijheid. In 1966 werd het oude huis afgebroken. Gerts grootvader Herman van Aagteman was veeverloskundige. Dit beroep is later overgenomen door Meekes op Aagteman, waarvan nu nog een zoon dit zware beroep uitoefend.

Gert Wopereis

De bewoningsgeschiedenis van  Aagteman van ’t Zand, Varsseveldseweg 68 

Johannes Waenink uit Hengelo heeft in september 1899 dit boerderijtje met schaapskooi gekocht van de Paters Franciscanen van Huize Harreveld. Daarvoor was hij 10 jaar pachter van de boerderij Ribbegais in het huidige Mariënvelde. Hij was toen al voor de tweede keer getrouwd, alleen zijn 2j ongste kinderen uit dit huwelijk zijn meegekomen.

2) Zijn zoon zet in eerste instantie het boerderijtje voort, hij was daarnaast ook paardenhandelaar. Hij trouwde met Maria Hermina Krabben en ze krijgen maar liefst 10 doodgeboren kinderen. In 1914 vertrekt hij naar Lievelde.

3) Johannes Bernardus Wopereis kwam van Aagteman in Harreveld hij koopt het boerderijtje. In 1964 bouwde zijn zoon Gert Wopereis nieuw iets verder van Varsseveldseweg af. Het oude huis werd in 1966 afgebroken.

Hoe moet ik het overzicht lezen? Deze bewoningsgeschiedenis is het resultaat van noeste en volhardende arbeid van Anton Stortelder. Om het overzicht goed te kunnen lezen is het verstandig om de inleiding van zijn boek ‘Bewoningsgeschiedenissen van boerderijen in Harreveld’ door te nemen welke u ook op deze site vindt.

Lader Bezig met laden…
EAD logo Duurt het te lang?

Opnieuw laden Laad het document opnieuw
| Open Openen in nieuwe tab

Download [110.03 KB]

De Lindeboom

De Lindeboom 1925

De Lindeboom, een pachtboerderij van de Havezathe Harreveld, was oorspronkelijk een z.g.n. ‘los hoes’, zonder afscheidingsmuur tussen het voor- en achterhuis. De mensen en het vee leefden in één grote ruimte. In het jaar 1780 kwam daarin verandering en werd het huis grondig verbouwd.

Voor 1735 werd de Lindeboom bewoond door een familie Broeker. In een akte van 24 juli 1736 komen de namen Jan Broeker met zijn zoon Willem voor. In aanwezigheid van Evert Broeker als voogd over de minderjarige zoon Derk Broeker enerzijds en Harmen Wopereis en Henderse Reijnders anderzijds, werd een koopakte opgesteld. Harmen Wopereis die in 1735 op de Lindeboom woonde, kocht de inboedel van het huis en de gewassen op het land van de familie Broeker voor een somma van f 246,50.

In 1804 kochten Eimert Wopereis (zoon van Harmen en Henderse) en zijn vrouw Jenneken Klumperink het ‘Erve en Goed De Lindeboom’ voor de somma van f 2800,00 van Johan Joseph van Raesfeld, heer van ‘Huize Harreveld’.

De herberg De Lindeboom was gelegen aan de verbindingsweg tussen Zelhem, Halle en Lichtenvoorde. De herberg werd veel bezocht door voorbijtrekkende kooplui en ook door stamgasten. In 1813 wisten zelfs de Kozakken, die Napoleon achterna zaten , de Lindeboom te vinden. Volgens de overlevering konden enige stamgasten nog net op tijd het vege lijf redden door zich in de schoorsteen te verbergen. Na vertrek van de Kozakken zal er wel niet veel meer te veteren zijn geweest voor de schoorsteenbewoners.

Hermanus Wopereis (zoon van Eimert en Jenneken) en zijn vrouw Johanna Broekmans waren de volgende bewoners van de Lindeboom. Hij stond in de burgerlijke stand ingeschreven als tapper. In het midden van de 19e eeuw, toen de weg Lichtenvoorde-Varsseveld werd verhard nam het bezoek van de herberg snel af. Hendrik, zoon van Hermanus en Johanna, maakte er en bier- koffiehuis van. Deze Hendrik was getrouwd met Janna Meekes. Zij hadden negen kinderen waarvan er drie vroeg kwamen te overlijden. In 1876 overleed vader Hendrik en ontstond er een probleem over de opvolging. Antoon, de oudste zoon, wilde geen boer worden maar mulder. Mogelijk was hij eerst leerling bij de molenaar op Harreveld. In 1891 vertrok hij naar Pruisen. De tweede zoon Bernard werkte op de boerderij doch stierf in 1887 op 21 jarige leeftijd.

Jan, de jongste zoon, was toen nog maar 13 jaar en te jong om de boerderij over te nemen. Daarom nam de dochter Gezina Maria (Mi’je), die in 1888 trouwde met Bernard Wolters, de boerderij over. Eind vorige eeuw werd de herberg gesloten en bleef alleen de boerderij over. Toen de jongste zoon Jan in 1897 zijn militaire dienstplicht had vervuld was hij op de Lindeboom overbodig. Hij ging daarom als knecht op de Kronenborg werken bij zijn zuster Johanna, die getrouwd was met Jan Berend Schutten. Deze hadden geen kinderen. Er werd een afspraak gemaakt dat hij de boerderij later kon overnemen. In 1903 trouwde Jan Wopereis met Grada te Veele. Pas in 1920 kreeg hij de boerderij op zijn naam. Zo werd tenslotte Lindebooms Jan tot Kronenborgs Jan.

Agnes Seesing-Wopereis

In 1920 is de boerderij verbouwd, daarvoor had de boerderij muurankers met 1780 van de vorige verbouwing of nieuwbouw

De bewoningsgeschiedenis van Lindeboom, Lindeboomweg 33

Hoe moet ik het overzicht lezen? Deze bewoningsgeschiedenis is het resultaat van noeste en volhardende arbeid van Anton Stortelder. Om het overzicht goed te kunnen lezen is het verstandig om de inleiding van zijn boek ‘Bewoningsgeschiedenissen van boerderijen in Harreveld’ door te nemen welke u ook op deze site vindt.

Lader Bezig met laden…
EAD logo Duurt het te lang?

Opnieuw laden Laad het document opnieuw
| Open Openen in nieuwe tab

Download [140.89 KB]

Oudheidkundige vereniging Harvelt 2022